“I think we live in a very fucked up place”
Interview met Wayne Horse
Wayne, vertel me eens over je relatie tot tienerfilms en horror. De titel German Swinehundt in Rotterdam is gebaseerd op de horror klassieker An American Werewolf in London (1981, dir. John Landis) en in je video’s zijn veel referenties te zien naar cartoons etc.
Om eerlijk te zijn heb ik American Werewolfnog nooit gezien. Waarom? Ik weet het niet. Ik heb geloof ik niet erg veel interesse in die film. Ik zag wel Teenwolf (1985, dir. Rod Daniel), maar vond ‘m nogal flauw.
German Swinehundt is een van de eerste video’s die je maakte [niet te zien op de tentoonstelling]. Je gaat me toch niet zeggen dat An American Werewolf op geen enkele wijze van invloed is geweest op jouw werk?
Nee nee nee. American Werewolf heeft juist een grote invloed. Ik zag de filmposter en deze gaf aanleiding om German Swinehundtte maken. Ik houd van de sfeer rondom dat soort films. Zoals Dazed and Confused[1993, dir. Richard Linklater] met muziek van Alice Cooper en een verhaal over scholieren die tof zijn en degenen die niet zo tof zijn. Het is hetzelfde met deAmerican Werewolf . De American Werewolf is hetzelfde als de German Swinehundt, alleen de laatste mislukt in zijn poging cool te zijn omdat iedereen hem haat.
Critters (1986, dir. Stephen Herek) is een film die ik wel lang geleden heb gezien, en Bad Taste (1987, dir. Peter Jackson). Van Bad Taste zag ik ook de ‘making of’, Peter Jackson maakte al die monsters van klei die hij in de oven van zijn ouders bakte. Het leek mij tof om dat zelf ook te doen. En weet je, veel van de effecten in die films zijn, ondanks dat je duidelijk ziet dat ze nep zijn, zo effectief. Voor Elefant Boy heb ik maanden gebouwd aan filmsets en kostuums, je raakt op een heel andere manier betrokken met de film. Het is enerzijds leuk om al die effecten zelf uit te voeren en tegelijkertijd veel gezonder dan maanden achter die ‘fucking’ computer te zitten.
Maar wat is nu een German Swinehundt?
Schweinehund is een cliché scheldwoord uit het nazitijdperk dat nog steeds heel gangbaar is in Duitsland. Als mensen lui zijn bijvoorbeeld, zeggen ze: “Ik moet een manier vinden om van mijn inner Schweinehund af te komen.” Het is zo’n dom woord. Net zoals een weerwolf is een schweinehund een fantasiedier. Ik heb een ontzettende hekel aan fantasy met orks, elven en dat soort dingen. Op een bepaalde manier is het daarom ook weer leuk om het te gebruiken. En weet je: Ik houd niet van Duitsland, zoals ik in Wir sind Wieder Wer laat zien. German Swinehundt is een combinatie van twee afschuwelijke dingen.
Dus Duitsland is afschuwelijk?
Nou, nee. Niet precies.
Ik had daar een best goed leven.
Maar elke trots over je nationaliteit
is gewoon niet gezond.
Zeker niet voor Duitsers..
Niet specifiek, maar wij hebben geleerd dat het echt niet goed is. Duitsers hebben zich een lange tijd geschaamd voor hun afkomst. Nu moet je ook weer niet de rest van je leven gebukt gaan onder je nationaliteit, maar tijdens het WK voetbal in Duitsland [2006] zag ik overal Duitse vlaggen hangen. Er kwam geen einde aan. Op weg van het treinstation naar het huis van mijn ouders telde ik dertig vlaggen. Ik had zoiets van:
“Wie had dat nou gedacht?”
Is dit iets wat je bekritiseert?
Voor German Swinehundt wilde ik gewoon wat Duitsland dingen doen. Ik blijf een Duitser weet je. Toen ik naar Amsterdam ging om de Rietveld te doen had ik zoiets van: “Here I Come”. Het is leuk om in Nederland het Duitsland knopje in te drukken. Het is dom, maar op een bepaalde manier is iedereen zich bewust van de belachelijkheid als je Duitsers zo neerzet.
Is dit niet een beetje flauw, opppervlakkig? We kregen al de kritiek dat jouw werk niets meer was dan het werk van een puber.
Ik hou er niet van als mijn werk droog is. Ik gebruik makkelijk benaderbare dingen, domme boodschappen. Maar oppervlakkig? Ik zou er niet zo snel mijn naam onder zetten. Er zit wel een gedachte achter mijn werk, diepere lagen, dingen die mij bezighouden. Maar ik kan het niet voorkomen dat mensen hun eigen gedachtes erover vormen.
Gebruik je een oppervlakkige beeldtaal om de aandacht van de toeschouwer te krijgen?
Ik maak ook saaie dingen zoals Wir Sind Wieder Wer. Maar normaal gesproken gebruik ik een taal die niet heel veel energie vergt om te kijken. Dat is ook waarom ik de populaire cultuur gebruik. Veel wat je ziet is ook datgene wat MTV laat zien. Het enige verschil is dat MTV er verziekte normen op nahoudt. MTV probeert jou van alles aan te smeren. Ik maak gebruik van dezelfde dingen en soms vertel ik je niet meer dan een leugen. Ook al lijkt mijn werk oppervlakkig, het is commentaar. Het kan er niet aan ontkomen om de spiegel te zijn van iets anders. Kijk naar fucking Idols. Je kan mij niet vertellen dat Idols nergens voor staat.
Misschien zegt Idols wel iets over hoe we met elkaar omgaan. Maar het is altijd mogelijk om iets intelligents te zeggen over domme dingen. Op welke manier gebruikt jouw werk de taal van dit soort televisie en beeldcultuur?
Laten we vooropstellen dat ik dit soort dingen echt haat, maar op een bepaalde manier kan ik er ook niet aan ontsnappen. Voor MTV maakte ik heel erg trage filmpjes [A Mattress in the Woods] om mensen te laten zappen. Maar mijn werk verandert afhankelijk van de plek waar ik het laat zien.
Zo tekende ik een schattig katje op bierblikjes, gebaseerd op de beestjes die alcoholisten zien. Het ontwerp voor deze kat gaf commentaar op de manier waarop manga karaktertjes op een gewelddadige manier sympathie proberen op te wekken met hun gereduceerde vormen en Bambi ogen. Maar in feite zijn ze slecht. Toen ik erachter kwam dat mensen deze katjes leuk vonden was het voor mij over. Ik had mensen geen hint gegeven om deze bierblikken te zien zoals ik wilde dat mensen ze zouden zien. Ik moest explicieter zijn.
In Elefant Boy probeer ik dat te doen. Ik gebruik dezelfde beeldtaal als in populaire media, maar ik gebruik die zo overvloedig dat je er ziek van wordt. Neem bijvoorbeeld die Disneyfilm met de twee honden [Lady en de Vagebond]. Het is ziekmakend, maar iedereen heeft die twee arrogante honden in zijn hoofd zitten.
Is dit de manier waarop animaties in jouw films functioneren, representeren zij het slechte van de wereld? Kun je mij uitleggen welke rol animatie in jouw films heeft?
Om eerlijk te zijn vond ik het in het begin gelikt om animatie te gebruiken en maakte de tags die alles kapot maken [Destrukto]. Eigenlijk is het een heel dom werk, alles gaat er kapot. Maar animaties spelen vaak een slechte rol in mijn films. In Elefantos representeren de animaties het slechte en hetzelfde geldt voor Elefant Boy:
“It fucks everything up.”
Kun je me meer vertellen over Ponzo? Het lijkt een doodnormale cartoon, maar is nogal vrouwonvriendelijk. Aan de andere kant is het een van de weinige puur geanimeerde video’s en dus nogal verschillend van jouw andere werk.
Ik probeer de een film te maken die net iets verder ging dan het voor de hand liggende seks gedeelte. Daarom besloot ik om er geweld in te stoppen en werden de vrouwen geslagen, geschopt en kregen ze ijsjes in hun kont gestopt. Maar weet je wat het gekke is Ik kreeg slechts één boze reactie van een vrouw. Zij vond het niet erg dat de vrouwen misbruikt werden, maar wel dat ze werden geslagen. Maar juist het geweld toont wat er aan de hand is, seks en geweld gaan vaak hand in hand.
Spijt het je voor deze vrouw dat je deze film gemaakt hebt?
Helemaal niet. Als jij denkt dat deze film beledigend is, dan is er iets mis met jou. Het is zo ‘over the top’. Het is nogal moeilijk om te denken dat degene die deze film gemaakt heeft echt een hekel aan vrouwen heeft. Daarbij, als mensen vinden dat wat er in Ponzo gebeurt niet door de beugel kan, is dat alleen maar goed. Dan gaan ze waarschijnlijk niet de straat op om vrouwen in elkaar te slaan en in de kont te neuken. Maar misschien moedig ik mensen alleen maar aan, zoals ze dat ook van rappers zeggen. Heb ik een monster gecreëerd? Ik denk het niet.
Het is nogal ironisch?
Het is makkelijk voor mensen om iets af te keuren. Maar Ponzo laat duidelijk iets zien wat buiten elke realiteit staat. Maar ik kan het mensen niet verbieden om de dingen anders te zien dan ikzelf. Ik zet mijn werk op het internet dus heb ik er geen enkele controle over. Tieners kijken hoogstwaarschijnlijk anders naar Ponzo dan ik.
Er zijn ook andere invloeden in jouw werk aan te wijzen zoals film noir en andere arthouse genres. Hoe kom je tot deze mix van diverse filmstijlen?
Ik reflecteer op de dingen die ik zie. Films kunnen een atmosfeer oproepen die me bij blijft. Ik probeer uit te vinden wat ik zo goed aan een film vind en vervolgens hoe ik er gebruik van kan maken. Ik leer van de dingen die ik zie en gebruik ze op mijn manier. Ik vind het interessant om in mijn films het hele spectrum te tonen van wat ik relevant vind.
En wat is relevant?
De atmosfeer. Ik wil een boodschap uitdragen. Verhalen over vriendschap als een soort tegenwicht van alle nare dingen die in mijn films gebeuren. Geweld, overconsumptie, pornografie. Ik houd van films over vriendschap omdat ik het fijn vind om me te beseffen dat ergens een vriend is. Ik wil een warm gevoel overbrengen.
Dus uiteindelijk maak jij feel good movies?
Het zijn feel good movies, maar wel de mijne. Ik vind het interessanter om te wijzen op misstanden in de maatschappij. Dat is waar mijn werk over gaat, ik laat dingen zien die niet goed zijn.
En mensen moeten er maar van denken wat ze willen?
Als ze in mijn films alleen maar pornografie zien is het hun pornografie. Mijn films zijn toespelingen op de dingen die in ieders hoofd zitten opgeslagen. Geweld is altijd dom, maar mensen lachen er wel om. Geweld is het basisprincipe van slapstick, ik doe een klein stapje daar vandaan, maar mensen blijven lachen.
Wie zijn jouw favoriete regisseurs?
Ik houd van Michel Gondry. Hij doet ongelooflijke mooie dingen met een lo-fi techniek, ook al zit hij soms te veel in dat hoekje van dat lieflijke creatieve wereldje. Jim Jarmush is ontzettend goed in dialogen. Ik zag Down by Law (1986) waar Tom Waits uit de gevangenis ontsnapt, fantastisch. En King Kong (1976, dir. John Guillermin), toen ik die gorilla met dat huis zag…..
Vertel me eens over je relatie tot videokunst. Kun je mij bijvoorbeeld vertellen hoe een film als Punch gerelateerd is aan Bruce Nauman’s videoperformances? Ik zie overeenkomsten met de repetitieve handelingen die hij bijvoorbeeld uitvoerde zijn studio, zoals in Dance or Exercise on the Perimeter of a Square (Square Dance) 1967-68.
Ik moet je eerlijk zeggen dat ik niet weet waarover je het hebt. Is hij niet die gast die ik in de rietveld zag? Ik was echt overdonderd door die video weet je. Daar zit een man op een stoel die samen met de toeschouwer zich uit wil kleden…. Je weet wel “Now you and me, in front of the camera, take of our shirts” Ik vond die film heel goed.
Nee, ik weet niet waar je het over hebt. Sorry.
Ik houd ook van Paul McCarthy, die gast van de enorme dildo installatie in Rotterdam. Ik las een boek over al zijn video- installaties. Het was een opsomming van zijn werk in de trant van:
“Now the artist pukes on the ground. Now the artist rubs his face in it.”
Ik was onder de indruk van deze vorm van artistieke Jackass. Er zit waarschijnlijk wel meer betekenis achter alles, maar ik vond de manier waarop het zo droog was opgesomd enorm cool.
Punch is een video over verveling. In eerste instantie zie je niet waar het over gaat omdat de film langzaam uit zoomt. Het is zoals bij de close-ups in pornofilms, dan zie je ook niet direct waar het over gaat. Maar Punch kwam eigenlijk nergens vandaan, ik was gewoon een beetje aan het hangen.
Daar gaat mijn uitstapje naar de kunstgeschiedenis…
Ja, sorry. Ik wou dat ik je kon helpen.
Je bent een kunstenaar, toch?
Misschien is het tijd om te gaan studeren of zoiets. Vrienden van me noemen mij heel de tijd namen van kunstenaars waar ik aan zou refereren. Ik schaam me dan vaak dat ik niet weet over wie of wat ze het hebben. Al die referenties vernauwen ook je blik op een bepaalde manier. Ik probeer me niet te verontschuldigen of zo, maar ik denk dat het niet gezond is om te weten wat er allemaal al gedaan is. Er is een hoop herhaling in de kunst. Maar dat is goed, omdat je nooit precies hetzelfde doet. Elke keer komt er toch weer iets anders uit. Ik vind het fijn om niet aan andere kunstenaars te denken als ik aan het werk ben.
Is het zelfs beter?
Natuurlijk is het ook goed als je een kunstwerk maakt ‘and you know your shit’ en je weet waar het vandaan komt. Ik bewonder dat, maar zo steek ik niet in elkaar. Ik heb geen grote kennis van de beeldende kunst maar ik ga wel naar musea, galeries en dergelijke. Weet je, ik heb een vriend die zich steeds bedenkt bij het zien van eenkunstwerk “Nice, now I don’t have to do that anymore. Maar ik denk: “Fuck, now I can’t do that anymore”.
Wie zijn je favoriete kunstenaars?
Jake en Dinos Chapman zijn erg slim. En als tiener vond ik Gottfried Helnwein goed. Hij is die kunstenaar die ook de album cover van de Scorpions heeft ontworpen (Blackout,1982). Hij heeft een hoop andere dingen gedaan, zo maakte hij veel gebruik van de media. Hij schreef brieven naar kranten waarbij hij ook de illustraties maakte. Deze werden vaak gepubliceerd. Op een bepaalde manier vind ik dat nog steeds goed omdat het niet zo droog is. Het makkelijk benaderbaar, ook voor kinderen.
Wat nu als ik je vergelijk met Andy Warhol? Volgens mij ontdeed hij zich, net als jij, net zo makkelijk van de karakters die in zijn films speelden en bij hem in de Silver Factory woonden als dat hij ze een sterrenstatus ontleende.
Ik ontdoe me helemaal niet makkelijk van de personages en karakters in mijn films. Het is een gevecht. En van wie heb ik mij in de afgelopen jaren nou ontdaan? Elefantos is er niet meer en de schattige beestjes heb ik van me afgeschud omdat ik het niet meer in ze zag zitten. Ze brachten een verkeerde boodschap over. Ik heb nog steeds de levensgrote poppen van die katten. Ik zou ze het liefst van een klif afgooien. Dat zou leuk zijn om te doen.
Van Kent ’the norseman’ Hensley [professioneel show worstelaar] zal ik waarschijnlijk nooit af komen. Hij heeft zijn eigen leven zoals ik het mijne heb. Als we samen komen, zitten we op hetzelfde niveau. Hij zet zichzelf niet voor lul en ik ook niet. Het is goed zo, Kent zal altijd zijn eigen dingen blijven doen. Daarbij heb ik Kent niet gecreëerd. Uiteindelijk blijft hij Kent ‘the norseman’ Hensley. Dat is de manier waarop hij zichzelf laat aankondigen bij wedstrijden met een vikinghelm op zijn hoofd.
Hetzelfde is het geval met Adrian Falk. Op dit moment heb ik het geluk dat ik hem heb ontmoet en dingen met hem kan doen. Het is opwindend om met deze figuren te werken. Als we Kent in het bos zien [A Mattress in the Woods], kijken we naar Kent, niet naar fantasy bullshit. Voor mij is dat een logische manier van werken. Het brengt me ook dichter bij deze mensen. Van Kent wist ik alleen dat hij een worstelaar met grote handen en gervaarlijke bewegingen was. Toen ik ‘m voor het eerst zag, was ik echt bang voor hem. Maar hij is hartstikke aardig en ik kan goed met hem werken. Misschien dat we op een bepaald moment niets meer kunnen doen. Maar ik ben niet hardvochtig, al mijn karakters gaan me aan het hart. Ik voel me echt niet fijn als ik van ze af moet.
Komen jouw video’s voort uit de karakters of vice versa?
Dat hangt van het medium af. Met film moet ik van te voren met de verhaallijn komen omdat ik niet het budget en de tijd heb om aan te klooien. Voor Elefant Boy had ik het script van te voren al klaar terwijl Elefantos is samengesteld uit uren aan materiaal. Soms als ik iemand tegenkom, vraag ik of hij met me samen wil werken. Dan ontstaan er direct allemaal scènes in mijn hoofd.
Met animaties kun je dan weer alles doen wat je wilt.
Ja, maar ze geven me geen vertrekpunt. Dan moet ik uit het niets gaan creëren. Een persoon draagt altijd al een hoop met zich mee. Animatie kan niet verder gaan dan hetgeen ik al in mijn hoofd heb zitten.
''Ik lach niet om menselijk leed.''
Voel je je slecht over het menselijk leed?
Ja, maar op een heel domme manier, dat is het probleem. “I think we live in a really fucked up place”, dat is alles wat ik er over kan zeggen. Ik vind dat het heel erg slecht gaat in de wereld. We worden zo verblind door onzin. Onze cultuur draait hoofdzakelijk om dingen die uiteindelijk niet goed voor je zijn. Om daar uit te raken is moeilijk, omdat het overal om ons heen gebeurt. En nu ik er zo aan denk: Ik zit hier niet maar wat aan te klooien in mijn atelier. Dus nee, ik lach helemaal niet om menselijk leed.
Maar ben je kritisch in je werk over dit soort misstanden?
Wat bedoel je met kritisch? Dat ik met mijn vinger ga wijzen en ga zeggen: “deze man is niet echt aan het lijden, hij stelt zich aan?”
Nee nee nee, je kunt toch zeggen wat er niet goed is aan deze wereld?
Het is wel een van de belangrijkste redenen waarom ik de dingen doe zoals ik ze doe. Waar zouden mijn films anders over moeten gaan? De aanleiding om mijn video’s te maken zijn de dingen waarvan ik denk dat ze niet goed zijn. Ik laat dingen zien die uit de hand lopen. En dat wordt steeds meer en meer. Ik zit er zo diep in dat ik ook niet meer weet hoe ik er uit kan raken. Dat is echt erg. Maar ik weet niet wat ik anders zou moeten doen.
Humor gebruiken als een manier om het wat luchtiger te vertellen…
Ik zit in de luxe positie dat mensen zien wat ik doe. Ik krijg dagelijks meer dan honderd bezoekers op mijn website. Ik wil mensen bewust maken van de dingen die om hen heen gebeuren.
Zal dit ooit veranderen?
Zoals ik het zie, wordt het alleen maar erger. Toen ik acht jaar geleden naar Amsterdam ging, maakte het me niets uit hoe mensen over mijn werk en andere dingen dachten. Maar ik voel dat het alleen maar bergafwaarts gaat. Er komen steeds meer wetten bij die invloed hebben op het leven van miljoenen mensen. Uiteindelijk creëren deze alleen maar meer leed.
Een droevig einde van dit gesprek..
“Yeah man.”
Gelinkte tentoonstelling:
German Swinehundt in Rotterdam